Op vrijdag 15 april jongstleden heb ik op het semninar ‘Gegevensmanagement en datakwaliteit’ georganiseerd door BIN3 en KKNF i.s.m. met de Hanzehogeschool Groningen twee lezingen verzorgd getiteld ´Datakwaliteit en de zeven (hoofd)zonden´.
Moraal van het verhaal: omgaan met datakwaliteit behelst een (specifiek) besturingsvraagstuk dat -zoals elk besturingsvraagstuk- start met het bepalen van een visie/ambitie en van daaruit werk je terug naar concrete zaken als doel, normen, KPIs, etc. en kom je uiteindelijk bij de medewerkers terecht. Het niet op orde hebben van deze keten leidt tot een suboptimale verbetering van datakwaliteit in de organisatie c.q. helemaal geen verbetering (of zelfs een verslechtering). Het van meet af aan starten met tools, directe implementatie, zal alleen korte termijn succes met zich mee (kunnen) brengen! De grootste veranderingen liggen niet zozeer in het toepassen van (nieuwe) technologie en/of technieken, maar in het daadwerkelijk besturen van datakwaliteit, definiëren van beleid en deze toepassen, effecten meten en adequate maatregelen nemen wanneer de resultaten niet cf. verwachting zijn. Uiteindelijk zal het adequaat omgaan met datakwaliteit worden opgenomen in de processen, systemen en, last but not least, door alle medewerkers van de organisatie…